Kop of munt. Zo werd er beslist om deze herfstvakantie naar New York te gaan. Want we geraakten er maar niet uit: Robin wou iets liever naar Orlando, ik iets liever naar New York.
Een quarter dollar bepaalde dus dat het New York werd.
We hadden de stad allebei al eens bezocht, al was het bij mij langer geleden dan bij Robin. In ieder geval zorgde dat ervoor dat we rustig onze tijd konden nemen voor een paar dingen die we nog niet gedaan hadden of graag nog eens wilden doen. Maar we gingen vooral ook zoveel mogelijk Broadway-musicals zien. Normaal gaan we naar Londen in de herfstvakantie maar dat werd dus een update dit jaar. Het mocht wel, want Robin werd 30 (op de vlucht terug naar huis) en dat mocht gevierd worden!
We zouden trouwens iedereen aanraden om te vliegen via Canada. De hele immigratieprocedure om de VS binnen te geraken doorliepen we al op Toronto Airport, wat een pak vlotter ging dan bij de drukke douanes op Amerikaanse luchthavens. We kwamen in New York aan op LaGuardia Airport, een kleine lokale luchthaven die redelijk dicht bij de stad ligt. Erg handig voor ons want we hadden een hotel geboekt op Long Island, wat maar een dik half uur met metro en bus rijden was van de luchthaven. In theorie dan toch, want door een misverstand misten we onze busstop. Het was ook best absurd: de buschauffeur riep door de micro (in een redelijk moeilijk te verstaan dialect) of iedereen doorreed naar Manhattan? Wat gejoel en geroep door de bus, waarop de buschauffeur opnieuw iets riep en iedereen juichte lachend.
“Grappige en amusante man,” dachten wij. Het zal wel om te lachen zijn dat die nergens gaat stoppen…
Maar nee, het bleek dus serieus. Hij stopte niet en wij misten onze stop. Ik liep half vallend, door de sjezende bus naar voor en zei dat we eraf moesten. “Maar ik vroeg toch of er iemand af moest?” Enfin, dat hadden de toeristen dus duidelijk niet door. Gelukkig konden we aan de volgende stop makkelijk de bus terug nemen en geraakten we nog in ons hotel.
Logeren op Long Island is trouwens ook een aanrader! Het bespaarde ons zo’n 600 euro want hotels in Manhattan zijn zo belachelijk duur… En ons hotel lag vlakbij twee metrostations waar veel lijnen doorliepen die recht naar de stad gingen. Onze Comfort Inn was overigens echt prima: de kamer was niet zo groot, maar wel heel netjes en het ontbijt was super. Alleen vonden we het water van de douche niet zo warm. Jammer… dan maar met lauw water douchen. Tot Robin op de voorlaatste dag ontdekte dat het water wel heet werd als je de knop naar het midden draaide. DOM!
Flater nummer 2 was een feit.
De eerste avond gingen we al meteen naar een show en wel Paramour, een musical gemaakt door Cirque du Soleil.
De voorstelling had erg slechte kritieken gekregen maar wij waren te benieuwd en wilden hem toch heel graag zien. Al is dat natuurlijk niet makkelijk na zo’n lange reisdag en met een lichaam dat denkt dat het 3u ’s nachts is…
Ik lag dus al snel te slapen.
Robin maakte me nog even wakker toen de scène met de drones ging beginnen. Ergens in de show vliegen er lampenkappen door de lucht, een chique scène die alleen al 500 000 dollar kostte, al maakte de drones wel ontzettend veel lawaai. Veel meer kan ik er eigenlijk niet over zeggen, maar Robin vond de matige kritieken wel terecht.
Morgen de eerste volledige dag in The Big Apple!
4 reacties Voeg uw reactie toe