Charleston is een stad in South Carolina aan de kust, helemaal in de typische Zuiderse ‘antebellum’ stíjl. De huizen zijn vaak groot, statig en koloniaal, met machtige porches en houten panelen voor de ramen. Net geen 10 jaar geleden was ik hier al eens geweest met Leen, Kaat en Morgan en nu stond er weer een bezoekje aan deze gezellige Amerikaanse stad (en die 3 woorden gebruik je echt niet vaak vlak naast elkaar) op het programma.
In de geweldige Lonely Planet stond een wandeling langs een aantal highlights, dus check, die deden we! Wat me meteen opviel, was dat de Market, de overdekte markthal met honderden kraampjes vol ‘lokale’ en toeristische hebbedingen, helemaal vernieuwd was. De hal had frisse witte houten plafonds gekregen en zag er behoorlijk chique uit.
Die indruk kregen we trouwens van heel Charleston. Dit is geen arm stadje, alles is heel netjes en hip, en de mensen die hier rondlopen, zijn bijna allemaal deftig en netjes opgekleed.
Het enige minpunt is het klimaat: het is hier warm en bijna ondraaglijk vochtig. De koele bries vlak aan de oceaan doet goed, maar eens je een paar straten verder bent, valt de hitte weer helemaal op je. Leve de airco in de winkeltjes, waar we toch af en toe gingen schuilen. In het centrum van de stad krioelt het van de snoep- en chocoladewinkels. Overal wordt ‘Dutch chocolate’ verkocht (?) en fudge en salt water taffy, specialiteiten van de streek. Het werd hilarisch toen Robin in een winkel wees naar iets, dat wilde bestellen en vroeg hoe dat heette. De winkelbediende antwoordde, overdreven articulerend, ‘white. cho-co-late.’ We moesten ons best doen om niet in de lach uit te barsten. Ja, duh, dat zagen we ook wel. Het bleek niet echt een naam te hebben, het was gewoon witte chocolade, met noten die met caramel tot een lekkernij waren samengesmolten.
We logeren niet in Charleston zelf, maar op de Middleton plantage. De hotels in de stad zijn allemaal superduur… Dit is ook onze duurste nacht, maar we zitten wel op een groot domein van een vroegere rijstplantage en morgen krijgen we een hoop rondleidingen die in de prijs van de kamer zijn inbegrepen. Dat leek ons wel de moeite en kan tellen wat betreft ons onderdompelen in de Zuiderse cultuur. Bovendien is deze kamer zo geweldig dat we hier wel willen wonen. Overal ramen met houten luiken, in het bos, houten vloeren, een geweldige badkamer, gezellige ‘lampadairekes’. Heerlijk.
We zijn vanavond ook gaan eten in het restaurant van de Inn, een wandeling van 10 minuten vanaf onze kamer en dat deed ons beseffen hoe groot deze plantage wel is. En hoe lekker was het eten!! Eindelijk ook nog eens uit stenen borden gegeten en water gekregen in glazen en niet in plastieken bekers, en brood met boter, en stoffen servetten en een gedekte tafel. Feest! Als de rest van deze plantage even geweldig is, dan belooft dat voor morgen!
Terwijl ik door de foto’s heen ging, zag ik de koetsen en paarden en de prachtige jurken van de vrouwen van George Hazard en Orry Main. Op deze foto’s zat ik al dagen te wachten. Love it! Ik durf het haast niet te vragen … hebben jullie een borrelglaasje in deze stad gevonden? Groetje uit Berlaar! X
Ja hoor, ik ga weer vanalles bijhebben op de personeelsvergadering. :-)
Oh zalig! Kan haast niet wachten maar … dat het toch nog maar heel lang duurt, Karlien! Merci, you’re the best!!!
lieve zus en lieve robin
Is alles daar goed? Het is een leuk verslag . Het zijn mooie foto’s . Zijn er daar mooie uitzichten? Zijn jullie niet te moe ? Af en toe ook eens rusten he. Het is toch vakantie he. Geniet nog verder van jullie prachtige reis. Vele groetjes van Tinne .